Je zult het waarschijnlijk steeds vaker om je heen zien: een industriële woonrichting. Zo wordt er in kantoorpanden of restaurants steeds meer gebruik gemaakt van deze trend. Tegenwoordig is deze stijl ook veelvuldig terug te vinden in huis. Maar hoe creëer je zo’n ‘stoere look’ eigenlijk?
Robuust en ruimtelijk
Een industrieel interieur staat bekend om een robuuste en ruimtelijke sfeer met een vintage tintje. De trend is geïnspireerd op de fabrieksarchitectuur uit de 19een 20eeeuw. Vaak worden er materialen zoals baksteen, beton, steigerbuizen, leer en metaal gebruikt. Hiermee wordt er een zogeheten ‘rauwe sfeer’ gecreëerd. In combinatie met een paar grote ‘eyecatchers’ staan deze materialen garant voor de look waar je naar opzoek bent. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een grote, leren bank, een stoere fabriekslamp of de stoere robuuste tafels van debommelmeubelen.nl
Combineer met kleur
Zoals al eerder gezegd zijn vooral de materialen erg belangrijk. Deze moeten voornamelijk nog ruw en onbewerkt zijn. Maar door het gebruik van deze materialen is de kans erg groot dat je interieur nogal kil en kleurloos overkomt. Daarom is het van groot belang dat je deze materialen met een aantal warme kleuren combineert. Denk hierbij bijvoorbeeld aan wat warmere kleuren hout. Een industrieel is namelijk vaak verre van kleurrijk, aangezien de kleuren van de materialen vaak de boventoon voeren. Zo staat grijs beton, bruine bakstenen en zwart staal nou niet bepaald bekend om hun kleurrijke eigenschappen. Desondanks kun je er zeker nog een warme twist aan geven door bijvoorbeeld een cognac bruine bank of andere aardkleurige items toe te voegen. Vooral het gebruik van aardetinten zorgt ervoor dat het interieur echt een groot geheel wordt.
Less is more
Accessoires zijn in woningen met een industrieel interieur vaak maar minimaal aanwezig. Deze trend staat dan ook bekend om het gezegde ‘less is more’. Maar de accessoires die aanwezig zijn kenmerken zich toch vaak door felle kleuren. Naast de grote ‘eyecatchers’ zoals een grote, leren bank, een fabriekslamp of een robuuste, houten tafel kunnen er dus ook opvallende details worden aangebracht met de accessoires. Hierbij zie je dus dat de basiskleuren van het interieur vaak zwart, wit, bruin en grijs blijven, maar de accessoires bijvoorbeeld paars of turquoise zijn.
Eén groot geheel
Bij een industriële wooninrichting is het dus vooral van groot belang dat je gebruik maakt van onbewerkte materialen. Hierbij staan de tinten zwart, wit, bruin en grijs centraal. Om je interieur niet al te kil te maken kun je deze tinten combineren met wat warmere aardetinten. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een cognac bruine bank of een olijfgroene stoel. Zowel grote als kleine ‘eyecatchers’ zijn essentieel om je interieur compleet te maken. Bij de grote items raden we je aan om gebruik te maken van de basistinten, bij de accessoires kun je juist wat meer uit de bocht springen qua kleur. Dit zorgt in het geheel voor de stoere look waar jij naar opzoek bent.
